vrijdag 16 januari 2009
Stageplan
Inhoudelijk:
• De beroepscontexten waar je affiniteit mee hebt en waarom.
o Ik heb de meeste affiniteit met de uitgeefindustrie en reclame/product. Omdat mij het idee aanspreekt dat je dan helemaal zelf met een concept kan komen en dat uit kan werken, en ik wil er meer over leren.
• De soort opdrachten en werkzaamheden die je graag wilt doen.
Voor de uitgeefindustrie:
o Rapportage.
o Schaduwopdrachten.
o Sterrenbeeld.
o Portret.
o Boek.
o Meelopen met een illustrator uit het beroepsveld.
Voor reclame/product:
o T-shirt met eigen gemaakte print.
o Behang.
o Wenskaarten.
o Omslagen.
o Stickers.
• De vorm(en) van beroeps uitoefeningen die je voor ogen hebt en waarom.
o In opdracht: Schaduwopdrachten, portret, sterrenbeeld, boemerangkaart en rapportage.
o In samenwerking: Meelopen met een illustrator uit het beroepsveld.
o Zelfstandig: T-shirt, sticker.
• De aspecten van je artistieke, beroepsgerelateerde en HBO-competenties die je wilt ontwikkelen en waarom.
o Creƫrend vermogen mbt visuele identiteit: Mijn werkproces verder uitdiepen, hoe lang doe ik over een tekening, als ik vast zit wat doe ik dan? Hoe doe ik dat als ik materialen wil gebruiken die ik niet tot mijn beschikking heb?
o Kritische reflectie: Ik wil toegepaste communicerende beelden maken. Ik wil kunnen bepalen wanneer mijn werk klaar is. Ik wil leren concreter en kritischer te zijn over mijn werk.
o Omgevingsgerichtheid: Ik wil leren een netwerk op te bouwen. Ik denk dat ik veel kan leren van het samen te werken met een illustrator uit het beroepsveld. Ik hoop een eigen atelier te kunnen regelen samen met Veronica.
o Organiserend vermogen: Ik moet me goed informeren over de opdracht, en die later, als ik er mee bezig ben niet vergeten nog een keer na te lezen. Ik wil leren niet te afwachtend te zijn, goed voorbereid zijn, en een beetje zakelijk en professioneel over komen.
• De rol die je minor in het geheel speelt.
o Ik wil in mijn minor uitzoeken wat het verschil en wat de overeenkomst is bij illustratie en beeldende kunst. Omdat mij in de portfolioweek is verteld dat ik een ‘tussen wal en schip’ geval ben en zo zie ik het ook. Het is voor mij een zoektocht naar waar ik thuis hoor en waarom.
Praktisch:
• De praktische activiteiten die je tijdens je stage gaat verrichten.
o Rapportage: Naar Portugal, daar een reisreportage maken op een illustratieve manier, de rapportage als schaduwopdracht naar Blend Magazine sturen. Als het niet lukt om naar Portugal te gaan maak ik een schaduwopdracht voor Lemniscaat om een boek te illustreren.
o Sterrenbeelden: Een schaduwopdracht voor de Marie Claire.
o Schrijversportret: Als schaduwopdracht Paulo Coelho voor Happinez Magazine.
o Meelopen met een illustrator uit het beroepsveld: Ik wil met Raoul Deleo samenwerken. Of met Loulou en Tummie als het niet lukt met Raoul.
o T-shirt: met eigen gemaakte print. Wat ik gemaakt heb mailen naar Laura Plansker of Loulou en Tummie, en vragen om hun mening.
o Boemerangkaart: meedoen moet een opdracht van boemerang.
• De situatie mbt je werkplek/omgeving tijdens je stage.
o Thuis, als het niet lukt om een eigen atelier te regelen.
o Samen met Veronica in en eigen atelier als het wel lukt.
o Een week in het atelier van Raoul Deleo.
• De indeling en planning van je stageperiode.
o Twaalf sterrenbeelden maken elke dag een.
o Schrijversportret twee dagen.
o Rapportage of schaduwopdracht voor een boek twee weken.
o T-shirt twee weken.
o Meelopen met Raoul Deleo een week.
• De producten die je stage gaat opleveren.
o Twaalf sterrenbeelden.
o Schrijversportret van Paulo Coelho.
o Rapportage voor Blend Magazine.
o T-shirt met eigen gemaakte print.
o Boemerangkaart.
• Hoe de begeleiding en/of toetsing door professional is geregeld.
o Blend Magazine.
o Happinez Magazine.
o Marie Claire.
o Raoul Deleo.
o Laura Plansker.
o Loulou en Tummie.
• Evt nadere afspraken die je nog moet maken.
o Maaike Hartjes: www.maaikehartjes.nl
o Raoul Deleo: www.deleo.nl
o Shaun Tan: www.shauntan.net
o David Hughes: www.davidhughesillustration.co.uk
o Ralph Steadman: www.ralphsteadman.com
o Cyprian Kosielniak: www.cypriankosielniak.com
o Brain Froud: www.worldoffroud.com
o Francois Supiot: www.supiot.com
o Laura Plansker: http://lauraplansker.com/ns_opening.html
o Loulou en Tummie: http://www.loulouandtummie.com/
Dit zijn mensen die eventueel mijn werk zouden kunnen toetsen als het anders loopt dan gepland.
5x5 opdracht
1. Uitgeefindustrie:
a. Wie heeft het werkstuk gemaakt?
Text, Terry Jones, illustraties, Brain Froud, calligrafie, Ruth Rowland.
b. Waarom heb je dit werkstuk gekozen?
Ik heb dit werkstuk gekozen omdat ik vind dat het concept en de uitwerking ervan erg goed gelukt zijn. Ik mocht een kijkje nemen in een fantasiewereld die zo goed is neergezet dat het je niet ongeroerd laat. Dat is iets wat ik zelf ook graag zo zou willen kunnen maken.
c. Wat vind je geslaagd in het werkstuk, waarom?
Ik vind het werkstuk geslaagd omdat het een geheel vormt, het zijn niet allemaal losse stukken die bij elkaar gevoegd zijn.
En wat is niet/minder geslaagd?
Als dit boek dicht bij de ‘werkelijkheid’ moet komen maken sommige illustraties dat dit niet zo is. Sommige illustraties staan dichter bij de werkelijke wereld dan anderen (zie voorbeeld). En op het eind van het boek word het einde van het hoofdpersoon haar leven beschreven door de schrijver (niet door degene die in het dagboek schrijft). Het is goed dat dit door de schrijver beschreven wordt alleen dit word niet op een aparte bladzijde beschreven, maar in het dagboek zelf.
d. Wat probeert de illustrator over te brengen?
Hij probeert de karaktertjes van de verschillende fantasiewezens zo goed mogelijk bij het verhaal te laten passen en het lijkt net alsof ze echt tussen twee bladzijden geplet zijn. In het begin van het boek lijkt het alsof de figuurtjes het heel erg vinden dat ze geplet worden, en op het eind van het boek drijven ze er de spot mee. Dit komt overeen met wat er in het begin door de Publisher verteld word namelijk dat ‘geen van de wezens gewond of dood zijn gegaan bij het maken van het boek’.
e. Welke ene vraag zou je over het werkstuk aan de illustrator willen stellen en waarom?
Ik zou willen weten of hij gelooft dat zijn eigen creaties bestaan, omdat hij ze met zoveel overtuiging neerzet. En omdat ik zijn website ‘www. worldoffroud.com’ heb bezocht en de volgende uitspraak tegen kwam:
"I paint the spirit and soul
of what I see."
~Brian Froud~
2. Educatie en voorlichting:
a. Wie heeft het werkstuk gemaakt?
Het ontwerp is van studio Bauman, Rotterdam.
b. Waarom heb je dit werkstuk gekozen?
In deze kaart zit een vleugje humor dat vind ik leuk. Het is niet zomaar een saaie instructie.
c. Wat vind je geslaagd in het werkstuk, waarom?
Het is duidelijk dat het om een brei instructie gaat. Onder de brei instructie staat, ‘toe aan een nieuwe uitdaging?’ en dan word er reclame gemaakt voor een opleiding, dat vind ik erg leuk gevonden.
En wat is niet/minder geslaagd?
Ik vind dat de brei instructies wat groter hadden gemogen. Je moet goed kijken om te begrijpen wat er moet gebeuren.
d. Wat probeert de illustrator over te brengen?
Hoe je moet breien. Dat kan iedereen proberen want de handen zijn niet mannelijk of vrouwelijk.
e. Welke ene vraag zou je over het werkstuk aan de illustrator willen stellen en waarom?
Ik zou willen weten waarom hij/zij het zo naast elkaar heeft gezet en zo klein, omdat ik het niet zo gedaan zou hebben.
3. Reclame en product:
a. Wie heeft het werkstuk gemaakt?
Antonio Consilvio en Bente Hamel.
b. Waarom heb je dit werkstuk gekozen?
Toen ik de flyer zag liggen zag ik alleen een grote pot grond, met het briefje erop geplakt. Ik dacht wat is dit? Wat wil deze flyer duidelijk maken? Ik had nog nooit een flyer gezien die op zo’n manier is uitgewerkt.
c. Wat vind je geslaagd in het werkstuk, waarom?
Je aandacht word getrokken door het plaatje, de tekst komt later. Bij mij werkt dat goed omdat ik visueel ben ingesteld. Er word een sfeer neergezet/uitgebeeld. Er word een tipje van de sluier opgelicht maar de bezoeker moet nog steeds zelf uitvinden wat er gaat gebeuren.
En wat is niet/minder geslaagd?
Als je op de plaatjes moet afgaan moet je eerst een poosje kijken om te begrijpen wat de illustrator eigenlijk wil zeggen. Met de tekst erbij is het een stuk makkelijker.
d. Wat probeert de illustrator over te brengen?
De plaatjes op de achterkant van de flyer moeten van onder naar boven gelezen worden. Er is een scheepswrak dat is gevonden op een stuk grond met een huis en stellage, die grond of wortels worden onderzocht en in een pot gedaan, dan is er een machine die iets met de grond doet. Kortom het is een uitvinding of instructie van iets.
e. Welke ene vraag zou je over het werkstuk aan de illustrator willen stellen en waarom?
Waarom van onder naar boven? Dat is niet logisch?
4. Entertainment, film, toneel, tv:
a. Wie heeft het werkstuk gemaakt?
Tim Walker.
b. Waarom heb je dit werkstuk gekozen?
Omdat ik me afvraag of dit ook onder illustratief werk valt.
c. Wat vind je geslaagd in het werkstuk, waarom?
Het beeld spreekt tot de verbeelding. Het heeft duidelijk iets sprookjesachtigs.
En wat is niet/minder geslaagd?
Als het jongetje niet bewogen was zou hij de kijker recht in de ogen aankijken dat zou nog intrigerender zijn. Ik vraag me af waarom er niet meer kinderen zijn dat zou het beeld kunnen versterken.
d. Wat probeert de illustrator over te brengen?
Een sprookjesachtige mysterieuze sfeer. Het zou zo de ingang van een fantasiewereld van kinderen kunnen zijn.
e. Welke ene vraag zou je over het werkstuk aan de illustrator willen stellen en waarom?
Waarom zijn de lichtkabels langs de bomen er niet later op getekend/schildert, waarom zijn het lichtkabels? Het is veel meer werk om lichtkabels op te hangen terwijl je misschien met de getekende versie hetzelfde kan bereiken.
5. Institutioneel:
a. Wie heeft het werkstuk gemaakt?
JR een Franse straat kunstenaar.
b. Waarom heb je dit werkstuk gekozen?
Omdat het een heel sterk beeld is. Het zit vol met politieke standpunten.
c. Wat vind je geslaagd in het werkstuk, waarom?
De beeldspraak en locatie van dit werkstuk zijn heel goed gekozen.
En wat is niet/minder geslaagd?
De afbeelding is niet helemaal compleet meer maar ik neem aan dat dat eerst wel zo was.
d. Wat probeert de illustrator over te brengen?
Dat je eerst eens goed moet kijken voordat je een vooroordeel klaar hebt.
e. Welke ene vraag zou je over het werkstuk aan de illustrator willen stellen en waarom?
Een politiek gerichte boodschap op de muur van een museum. Schoppen tegen een systeem waar hij zelf ook niet onderuit komt. Waarom?
Abonneren op:
Posts (Atom)